vrijdag 29 april 2011

*34* De Koning.

We vieren weer Koninginnedag, dat vinden we leuk. We zijn blij dat we een Koningin hebben, want er zijn niet veel landen meer, die een Koning of Koningin hebben. Wij houden van traditie. Wij zwaaien naar haar als ze in haar auto langs komt rijden.  Honderd jaar geleden toen er nog geen auto's waren,  zou ze op een paard haar rijtoer gemaakt hebben, om zich toe te laten juigen. In de Bijbel vinden we ook een intocht van een 'Koning', maar dan niet op een mooi paard maar op een kleine ezelin. De minste onder de paarden. We vinden deze geschiedenis in Matheüs 21. Dat een Koning zou komen, was al voorzegt door een profeet: ' Zegt der dochter Sion ( het Volk Israël):  Zie, uw Koning komt tot u, zachtmoedig en rijdend op een ezel, en op een veulen, het jong van een lastdier.' Een Konng wilden ze wel hebben, want ze hoopten dat deze Koning hen zou verlossen van de vervelende Romeinen die hun stad terroriseerden.  En ze zongen:  'Hosanna, de zoon van David, gezegend Hij, die komt in de naam des Heren.'  ( Hosanna komt van het Hebreeuwse: 'Hoch-anna', wat betekend: 'Redt ons toch' , daarom is het voor ons: gelovigen, van deze tijd,  die weten dat ze gered zijn, ongepast om tegen God te zeggen: 'Hosanna'.) Het volk kwam er al gauw achter dat de 'zoon van David' hen niet zou bevrijden van de ongemakken die de Romeinen hen oplegden, en het gejuig was snel voorbij.  De Here Jezus was niet gekomen naar Jeruzalem om op en troon te gaan zitten, maar Hij was gekomen om Zich te laten veroordelen aan het kruis. Het was niet Zijn Plan om Koning te worden over Jeruzalem, maar 'Hij is de Koning der koningen over de gehele wereld'.  Zelfs de discipelen, die zo dicht met Hem leefden, hebben Hem nooit begrepen en Hem niet gekend, wie Hij ten diepste was.  Pas na Zijn dood, toen Hij Zich nog veertig dagen  aan hen had vertoond, sprak Hij met hen over 'al wat het Koninkrijk Gods betreft' ( Hand. 1: 4). En Hij gaf hen de opdracht over Hem te getuigen in Jeruzalem, Judea, Samaria en tot het uiterste van het Land (Israël). En  het Evangelie van het Koninkrijk  ging gepaard met wonderen en tekenen. Zieken werden genezen, doden stonden op, zelfs als ze gif  dronken of door slangen gebeten zouden worden, gingen ze niet dood.  Ze verkondigden het komende Koninkrijk aan de Joden in het gehele land. 'Kom tot berouw en bekering, opdat uw zonden uitgedelgd worden ( Hand. 3:19) opdat er tijden van verademing mogen komen van het aangezicht des HEREN, en Hij ( God) de Christus Jezus zende'.  En sommige Joden kwamen tot geloof en er werden gemeentes gesticht, maar de grote massa verwierp de boodschap.  Vijftien jaar later kwam zelfs Saulus tot geloof, die tot die tijd een grote vervolger was geweest van de gelovigen.  Paulus ( zo als hij zich later mocht noemen) verkondgde zijn boodschap; ook met wonderen en tekenen en met genezingen van zieken. Hij reisde naar plaatsen in Griekenland, Asia en zelfs in Italië om ook aan de heidenen ( de niet Joden)  het Evangelie van het Koninkrijk te verkondigen. Zo hoopte God, zijn Volk tot jaroersheid te brengen, als ze zouden zien dat zij de boodschap wel aan zouden nemen.  Toch ging Paulus als hij in een stad kwam, altijd het eerst naar een Synagoge, om daar aan zijn volk: de Joden, de boodschap van het 'Koninkrijk Gods' te verkondigen.   Maar de Joden wilden niet luisteren. Veertig jaar lang werd het Evangelie verkondigd. Apostelen werden gestenigd en vermoord. Zelfs in Rome, de stad waar Paulus vandaan kwam, en waar een grote Joodse nederzetting was, werd de boodschap niet aanvaard. In Hand. 28 vers: 24 lezen we dat sommigen gehoor gaven aan hetgeen gezegd werd, maar anderen ongelovig bleven. Zodat Paulus in Gods macht,  de profetie van Jesaja verkondigde: dat het Heil ( de Here Jezus) van nu af aan, naar de heidenen gezonden zou worden.  God trok zijn handen van zijn Volk af. Van nu af ziet Hij hen als: 'Lo-ammi' = niet mijn volk.  De Koning is afgewezen, dus  de verkondigen van het Koninkrijk werd stopgezet. Het Hemels Koninkrijk dat klaar stond om te verschijnen, blijft verborgen in de Hemel en de Koning wacht  tot zijn Volk zich in de toekomst tot Hem zal keren.
Paulus mag nu een geheel andere booschap verkondigen. Een boodschap van genade: Titus 2:11:  Want de 'genade Gods' is verschenen, heilbrengen voor alle mensen. En deze boodschap klinkt nu al bijna 2000 jaar. 'Want alzo lief heeft God de wereld gehad, dat Hij zijn eniggeboren Zoon gegeven heeft, opdat een ieder, die in Hem gelooft, niet verloren ga, maar eeuwig Leven hebbe'. (Joh. 3:16)  Geloof, daar gaat het nu om. Geloof in de Here Jezus en 'het Leven dat geen einde kent' zal in je gelegd worden.....En het Volk, is dat nu voor altijd verloren ?  Nee, God komt zijn beloften aan zijn Volk na. In de toekomst, als het 'Lichaam van Christus' in het Over-Hemelse compleet is en als er geen geloof meer gevonden wordt bij de heidenen op aarde, zal God zijn Plan met Israël weer aanvangen. Zij zullen op gehoor van de twee getuigen in Jeruzalem  tot geloof komen en de 'Dag des Heren' zal zijn aanvang nemen.  Er zal een jubel in de Hemel zijn: 'Halleluja ! Want de HERE, onze God, de Almachtige, heeft het Koningschap aanvaard'. De Koning der koningen, de Heerser van de gehele wereld, zal verschijnen op aarde  en aan Zijn Koninkrijk zal geen einde komen.

woensdag 27 april 2011

*33* Rommel.

Binnenkort is het weer Koninginnedag.  En elk, zich zelf respecterend dorp of stad, heeft dan een rommelmarkt voor zijn burgers. Want rommelmarkten vinden we leuk.  Je wordt blij, als je voor een paar centen (of euro's)  iets vindt, waar je al tijden naar op zoek was, maar meestal kom je thuis met  iets waarvan je niet wist dat je het nodig had.  Gelukkig heeft het je niet veel gekost, en daarom ben je er  toch nog blij mee. Ongeveer tien jaar geleden was ik aangesloten bij een Evangelische Gemeente en in het kader van 'Evangeliesatie want dat moet' stonden we één keer per maand op de zaterdag-markt met een kraam met boeken en folders over het geloof;  beslist geen rommel.  De boodschap die gebracht werd was zeer waardevol, zelfs levens-reddend.  Je zou denken, daar is de mens naar op zoek, en dat er  veel belangstelling zou zijn voor onze kraam.  Maar niets is minder waar.  We vielen totaal niet op. Soms keken de mensen met een schuin oog naar de boeken en liepen dan gauw door.  Op het laatst stonden we vóór de kraam, om de mensen op te vangen voor een praatje.  maar ook dat liep zeer stroef. Hoe is het mogelijk dat de mensen massaal  langs de uitgestalde rommel lopen en de boodschap over de Levens-reddende-Verlosser niet willen horen.  Toegegeven, er zijn veel hypocriete mensen die zich christenen noemen, en andere mensen teleurgesteld hebben.  Maar je kunt het Christelijk geloof niet hypocriet noemen, omdat sommige christenen zo zijn.  Iedereen heeft bepaalde principes, en normen en waarden waar je in te kort schiet. Veel christenen moeten groeien naar volwassenheid in geloof, maar je kunt het christendom niet weggooien omdat sommigen niet helemaal leven naar hun geloof.  We zijn onvolmaakte mensen in een onvolmaakte wereld. Alles is onvolmaakt. Dat betekend niet dat de Waarheid niet bestaat, maar alleen dat wij als onvolmaakte mensen niet in staat zijn er volmaakt naar te leven.
Op een bepaald moment zal elk mens, op één of andere manier  in contact komen met  'het geloof',  al weet men  met het 'Evangelie van Jezus Christus' niet veel te beginnen.  Men heeft een vaag idee in het achterhoofd van: 'lief en aardig zijn tegen je mede-mens,...over vergeven,....eerst aan een ander denken en dan pas aan jezelf',..... alsof dat de essentie van het geloof is.  Geen wonder dat de mensen er niet aan beginnen als, ze denken dat je eerst perfect moet leven, voordat je bij God kunt horen.   En als ze dan ook nog zien, dat sommige christenen er ook niets van maken, dan denken ze wel drie keer na, voordat ze een keuze maken. Het leven gaat prima zonder God, dus waarom zal je er iets aan doen om het te veranderen.  En daar hebben ze een punt. Als je gelooft in God, verandert er in eerste instantie, niets in de huidige situatie van het leven.  Je hebt nog net zo veel geluk of pech als voor die tijd.  Je wordt niet meteen aardiger, of liefdevoller naar andere mensen toe.  Maar 'liefdevol zijn' is geen doel opzich, maar een gevolg van het geloof in God.   Hij is de Almachtige God, en de Schepper van hemel en aarde ( met inbegrip van iedereen). en Hij komt tot Zijn doel met een ieder van ons. 'Hij is gekomen opdat de mens Leven heeft en overvloed'. ( Joh.10: 10)  Dit slaat niet in de eerst plaats op het leven van alle dag, maar op het Leven  na dit leven; na onze dood.  Want dat 'Opstandings-Leven'  heeft de Here Jezus, voor een ieder van ons, bereid aan het kruis van Golgotha.
Veel mensen denken dat er wel iets moet zijn na de dood. Ze horen verhalen over 'bijna-dood ervaringen', of wonderbaarlijke gebeurtenissen.  Als je dan toch denkt dat 'er iets is', kun je maar beter meteen bij 'De Schepper' horen, die Leven geeft.  De Bijbel, Gods Woord, staat vol met wonderbare gebeutenissen en verteld over een Leven dat geen einde kent. 'De Bijbel is geschreven voor een ieder die gelooft in de 'Naam van de Zoon Gods', opdat zij weten dat zij eeuwig Leven hebben'. ( 1 Joh. 5: 13).

vrijdag 22 april 2011

*32* Pasen.

'Zij zag Jezus staan, maar zij wist niet, dat het Jezus was. Jezus zeide tot haar: 'Vrouw, waarom weent gij ?' Zij meende dat het de hovenier was, en zeide tot Hem: 'Heer, als gij Hem weggedragen hebt, zeg mij dan, waar gij Hem hebt neergelegd en ik zal Hem wegnemen'. Jezus zeide tot haar: 'Maria !'  Zij keerde zich om en zeide tot Hem in  het Hebreeuws: 'Rabboeni', dat wil zeggen: mijn Meester'. (Joh. 20: 15 + 16).
Wat vind ik dit een ontroerende gebeurtenis.  Maria staat voor de Here Jezus en ze herkend Hem  pas als zij Zijn stem hoort en Hij haar naam noemt.
De Here Jezus was drie jaren onder hen geweest en had hen vele keren verteld dat Hij moest sterven  en weer zou Leven, maar ten diepste hebben ze Hem nooit begrepen.  Ze hadden nooit gedacht dat Hij zou opstaan uit de dood, toen ze Hem in het graf legden. Een paar verzen eerder lezen we over Petrus die bij het lege graf kwam, 'het zag en geloofde; want zij kenden de Schrift nog niet, dat Hij uit de doden moest opstaan'. (vers 8).  Terwijl dat de grootste overwinning van het kruis was. 
Een blog eerder heb je kunnen lezen, dat de Here Jezus ons verlost  heeft van de zonden door Zijn bloed aan het kruis op Golgotha. En voor ons als leden van Zijn Lichaam heeft Hij  een 'volkomen verlossing' van zonden  gebracht, maar het loon van 'de zonde' namelijk: 'de dood', heeft Hij ook overwonnen. Hij stond als eerst op uit het graf. Door Zijn opstanding heeft Christus de dood verslonden.  Hij heeft door de dood heen de macht verkregen over de dood. Zo heeft Hij hem, die de 'heerschappij des doods' heeft ( satan), ten ene male alle macht ontnomen.  De dood kan ons geen angst meer inboezemen, want wij weten nu dat ook wij eenmaal zullen opstaan uit de dood, om met Christus te zijn, waar Hij nu is.
Hij heeft onvergankelijk Leven aan het licht gebracht, doordat Hij de dood van zijn kracht heeft beroofd ( 2 Tim. 1: 10). De Hoop der opstanding is één der kernen van  het geloof. Het onvergankelijke Leven is in ons reeds aanwezig en als onze tijd komt om te sterven, weten wij, dat ook wij zullen opstaan uit het graf. De dood zal ons niet kunnen houden, omdat onze Hoop op Christus is gebouwd.  'Want ik weet, op Wie ik mijn vertrouwen heb gevestigd, en ik ben er van overtuigd, dat Hij bij machte is, hetgeen Hij mij toevertrouwd heeft, dit te bewaren tot die Dag' ( = de Dag van Christus).  Vers: 12.  Dit is de Heilige roeping, die God ons in Christus Jezus heeft gegeven.  Dit is ons Paas-feest.  Zoals de Joden hun Pesach vieren van verlossing uit slavernij in Egypte, zo vieren wij het Paas-feest van verlossing van 'de zonde' dat als gevolg heeft:  de overwinning over dood, dat de Here Jezus Christus voor ons heeft bereid aan het Kruis.  Onze begroeting naar elkaar toe op het Paas-feest is dan ook:  'De Here is waarlijk opgestaan'  Amen !

woensdag 20 april 2011

*31* Verlossing.

Pasen is voor ons het 'verlossings- of vernieuwings-feest'.  Pasen komt van het Griekse: 'Pascha', en in het Hebreeuws wordt het:  'Pesach' genoemd. Het hoogtepunt van het Hebreeuwse feest is de 'Seder-maaltijd', dat in de huiselijkse sfeer gevierd wordt, rond de Seder-tafel. Tijdens de maaltijd wordt de 'Uittocht uit Egypte' aan elkaar door verteld, uit de Hagada (het vertel boek voor de Joden).  Zij proberen zich voor te stellen hoe het moet hebben gevoeld, om een slaaf in Egypte te zijn. ( Exodus13:8)  Mozes had bij de Farao aangedrongen zijn volk te laten gaan, maar zo gemakkelijk  liet de Farao dit niet gebeuren.  Er moesten plagen, (straffen) aan te pas komen, voor hij uiteindelijk  toestemming gaf. De laatste straf zou de dood van alle eerstgeborenen zijn.  Maar voordat de 'verderf-engel' rond ging in Egypte kregen de Israelieten opdracht het bloed van een lam aan de deurpost te smeren, als bescherming voor het oordeel van God.....wanneer Ik het bloed (van het lam) zie, dan ga Ik u voorbij.  Pesach in het hebreeuws betekend dan ook: 'voorbijgaan'  Deze inzettingen en gebeurtenissen uit het verre verleden zijn een geweldige onderwijzing omtrent de 'Grote Verlosser'.  Paulus schreef later: ....want ook ons Paaslam is geslacht: Christus. ( 1 Kor. 5:7).  Zoals de Here God destijds Mozes als 'verlosser' zond tot Israel, zo zond God de meerdere van Mozes: Zijn Zoon: onze Here Jezus Christus, in deze wereld om 'Zijn volk' uit te leiden.  De toestand van Israel in Egypte is te vergelijken met de mens, want de 'natuurlijke mens' verkeert in de slavernij der zonde. Voor de mens die Jezus als zijn Verlosser in geloof aanvaardt als Heiland en Heer, breekt er een Nieuwe tijd aan. ( Joh. 5:24)  De dood van Christus is de basis van het 'Nieuwe Leven'. De Heiland is de Plaats-vervanger voor zondaren. De Here Jezus droeg de zonde-straf van Zijn Volk aan het kruis, en niet alleen van Zijn volk, maar ook van al de mensen, die later  Hem in geloof zouden aannemen.  En wij die behoren tot het 'Lichaam van Christus' mogen weten dat onze zonden en overtredingen volkomen weg zijn gedaan, want wij hebben in Hem de 'volkomen verlossing' door Zijn bloed en de 'vergeving' van de overtredingen naar de rijkdom van Zijn genade. ( Efz. 1:7)
God ziet in het kruis de mogelijkheid, om zonder zijn eigen gerechtigheid te kort te doen, toch de zondaar te rechtvaardigen. ( wij zijn rechtvaardig verklaard door het bloed van het kruis). In dit offer dat de Here Jezus, als Offer- Lam heeft volbracht,  ontmoeten de schuldige zondaar en de Heilige God elkaar, zodat Hij de gelovige heilig, onbesmet en onberispelijk vóór Zich kan stellen. Deze rijkdom brengt niet alleen vergeving van zonden, maar ook 'Nieuw Leven', een nieuwe relatie met God, een nieuwe toekomst vol Heerlijkheid. Dit ondervinden we nu nog niet 'aan de lijve', want de verlossing is  nog slechts een geestelijke realiteit.

maandag 18 april 2011

*30* Ei.

Pasen  kan volgende week op drie verschillende manieren gevierd worden;  op de Joodse manier: het Pesach, op de Christelijke manier: de Paasviering en op de manier naar 'de mens', met eieren, paashaas en paasvuren.    Het Joodse Pesach  en het Pasen vallen dit jaar samen op de zelfde dag. Dit komt niet vaak voor, omdat het Joodse Pesach  en het Pasen van verschillende tijds-kalenders uit gaan.  Het Pasen naar de mens is al maanden aan de gang.  De winkels liggen al tijden vol met allerlei gekleurde chocolade eieren van groot tot klein.  Waar komt deze passie met eieren vandaan ?  Wie mijn blog over 'de 40 dagen voor Pasen' heeft gelezen, zal wel vermoeden dat ook de eieren uit de koker van de Babylonische afgoderij komen.  Zelfs de fabels van de Hindoes verheerlijken hun 'wereld ei' (straks meer hierover) en geven het een gouden kleur.  In oude tijden werden eieren bij de religieuze riten van de Egyptenaren en de Grieken gebruikt en werden ze voor mystieke doeleinden in hun tempels opgehangen. Van oorsprong komt het ei voor in de fabels uit de Babylonische tijd...... Men zegt dat een 'ei' van buitengewone afmeting, vanuit de hemel in de rivier de Eufraat is gevallen. De vissen rolden het naar de oever, waar de duiven erop plaats namen en het uitbroedden totdat Venus eruit te voorschijn kwam, die nadien de 'Sirysche godin' werd genoemd,  namelijk:  Astarte.....  Vandaar dat het 'ei' één van de symbolen van Astarte of  Ishtar  werd.  (Bemerk hierbij de Engelse naam voor Pasen: Easter, en het  Duitse: Oster).  De occulte betekenis van dit mystieke ei van Astarte had ook betrekking op de ark (het huis), waarin gedurende de periode van de vloed,  het menselijke ras was opgesloten.  Net zoals het kuiken is geborgen in het ei voor het is uitgebroed. Het heilig ei van het heidendom staat daarom bekend als het 'wereld ei', dat wil zeggen het ei waarin de wereld was opgesloten. en we zien hier in de Ark van Noach dat op de vloed dreef inclusief met de duif.  Dit  'mystieke ei'  is onze wereld ingerold en is het symbool geworden voor Pasen.  In allerlei kleuren liggen ze in de schappen van de winkels en als versiering aan takken in onze huizen.  Met Pasen opzich heeft het niets te maken.  Zeker niet als wij met Pasen herdenken en vieren dat onze Heer en Heiland is opgstaan uit de dood en voor ons onvergankelijk leven heeft geschonken. 
Bij de Joodse viering van Pesach wordt tijdens de sedermaaltijd ( de maaltijd die vóór de Pesach wordt gegeten) een sederschotel gebruikt. en op deze schotel liggen verschillende voorwerpen die te maken hebben de 'uittocht uit Egypte'.  Eén van de voorwerpen is een ei. 'He?'  zul je denken, dus toch  'Het paasei !' Nee niets is minder waar. Dit ei  (Baytzah in het Hebreeuws) wordt geassocieerd met treuren en bij de sedermaaltijd is het een herinnering aan de verwoesting van de Tempel, die altijd wordt herdacht bij elke blijde viering, dat Pesach is bij het Joodse Volk.
Ik zou zeggen: 'Eet gerust een ei, want het is puur natuur. Het heeft veel vitaminen en mineralen, die helpen je lichaam te beschermen, het heeft weinig calorieën (ca. 75) en bevat veel eiwitten wat een verzadigd gevoel geeft'. Maar doe niet mee met  de paas-regel:  'één ei- is geen ei,  twee ei- is een half ei, drie ei- is een paas-ei'.

donderdag 14 april 2011

*29* Opofferen.

Dit  is een verhaaltje over een klein jongetje. In het ziekenhuis lag zijn zusje, die zo ziek was dat zij een bloed-transfusie moest ondergaan.  Het was erg moeilijk om de goede bloedgroep te vinden en de dokter vroeg aan de jongen of hij zijn bloed wilde geven.  Daar moest hij eerst over na denken,  maar uiteindelijk zei hij toch...ja.  Toen het gebeurd was,  lag het jongetje nog in bed en vroeg hij aan de dokter: 'Dokter.... wanneer ga ik nu dood ?'   Daar moet je even over na denken.  Wat ging er in dat koppie van dat jongetje om, toen hij besloot zijn bloed te geven ?  Hij had gedacht dat het zijn dood betekende en hij gaf toch toestemming zijn bloed aan zijn zusje te geven.  Jezelf opofferen voor een ander is haast onmenselijk. Alleen in extreem moeilijke omstandigheden kom je het tegen. Bijvoorbeeld in een oorlogs-situatie, waar een ouder zijn leven geeft om een kind te redden, of een soldaat in een strijd van leven en dood, om een andere soldaat te laten leven.     In de Bijbel komen we maar één Persoon tegen, die Zijn leven gaf voor een ander.  Niet één ander, maar voor de gehele mensheid.  Hij had besloten Zijn Heerlijkheid  bij Zijn Vader in het Over-Hemelse te verlaten, om op aarde te gaan leven als  'Mens', steeds in gedachten houdend dat Hij aan het eind van Zijn leven een gruwelijke dood zou moeten ondergaan, om de mens-heid  het 'Leven' aan te kunnen bieden.  Deze gebeurtenis herdenken we binnenkort weer met Pasen.  Toen Hij stierf aan het kruis droeg Hij mijn zonden en misstappen. De fouten die ik maak in mijn leven lagen op Zijn schouders. Hij onderging mijn straf.  Niet alleen mijn fouten droeg Hij,  maar de fouten van de gehele mens-heid werden op Hem gelegd.  De zonden van de mensheid waren zo groot,  dat God  Hem moest  verlaten  en het licht (van God)  zich terug trok van de aarde.   Pik zwarte duisternis omhulde Hem in de doodstrijd aan het kruis.  Tot Hij zei:....'Het is volbracht'.  Hij had Zijn aardse-leven gegeven, en ze legden Hem in het graf.  Op de derde dag na Zijn dood, stond Hij op uit het graf  in een Nieuwheid van Leven. De dood is overwonnen, niet alleen voor Hem, maar voor de gehele mensheid.  Alle mensen die geboren zijn uit Adam, zullen eens vóór Hem geplaatst worden.  De Schrift zegt: alle knie zal zich vóór Hem buigen. ( goed-schiks, of kwaad-schiks)  Ieder zal moeten erkennen dat Hij de Messias, de Verlosser, de Zoon van God  is. Wat is het een vreugde dat wij Hem nu al hebben leren kennen als onze Verhoogde en Verheerlijkte Heer die aan de rechter-hand van God, de Vader zit.En dat wij ons met Hem verborgen mogen weten in God  Wij mogen het Opstandings- feest met Pasen  vieren, in volle verwachting, dat ook voor ons de weg naar het (Eeuwige) Leven is vrij gemaakt.

dinsdag 12 april 2011

*28* Waardig wandelen.

In het vorige blog, had ik het over hoe belangrijk het is om 'waardig te wandelen'. Deze uitdrukking komen we tegen in Efz. 4 vers 1. Paulus roept ons op  'te wandelen waardig der Roeping, waarmede gij geroepen zijt'. Vroeger toen ik bij een Evangelische gemeente was, had ik geen moeite met deze tekst, want hoe je  waardig moest wandelen,  stond verder in dit vers;  achter de komma:  'met alle nederigheid, en zachtmoedigheid, met lankmoedigheid  en elkander in liefde te verdragen'.  Dus als ik mij deze goede karakter-trekken eigen had gemaakt, zou ik 'waardig wandelen'.   Nu weet ik dat het net anders om bedoeld is.   Als ik waardig wandel,  komen deze goede karakter-trekken van zelf naar boven.  Ik moet me dus afvragen wat is 'de Roeping' waarmee ik geroepen ben,  om  waardig te kunnen wandelen. Onze Roeping hebben we als een 'gave van God' reeds ontvangen. Dat lezen we in de eerste hoofdstukken van de brief aan  Efeze.  We lezen in Efz. 2: 5, dat we mede levend-gemaakt zijn met Christus, mede opgewekt zijn, en dat ons mede een plaats in het Over-Hemelse is gegeven in Christus. Onze opdracht is om hier ook daadwerkelijk in te gaan staan  en dat we antwoord geven aan de stem van Christus.  We zijn levendgemaakt uit de macht der duisternis en overgeplaatst in het Over-Hemelse in Christus met alle geestelijke zegeningen die daar bij horen (Efz 1: 3-14).  Je moet jezelf verborgen weten met Christus in God. Dit is  je 'positie' die God je gegeven heeft  en is onberouwelijk voor God.  Onze kant is naar deze Roeping waardig te wandelen.  Deze wandel heeft geen betrekking op onze daden ( wat ik vroeger wel dacht), maar allereerst op ons  denken, op onze gezindheid. (niet dat we geen fouten  meer zouden  maken, maar we weten dat deze ons bijvoorbaat vergeven zijn) Het woord 'waardig' komt van het griekse woord: 'axioos' dat ook vertaald kan worden in weegschaal.  Er moet in onze wandel  een evenwicht zijn tussen 'leer' en 'praktijk'.  Door steeds te beseffen dat we mede-erfgenaam zijn van Christus, dat we tot het (mede) samen-Lichaam van Christus behoren en mede genoten zijn van de belofte van Christus,  wordt ons leven milder en kunnen we elkaar in liefde verdragen, worden we zachtmoedig en nederig. We hoeven het niet van deze wereld te hebben, wij hebben een geweldige toekomst voor ons liggen. Vooral als we beseffen dat aan deze Roeping een 'Hoop' verbonden is, de 'Prijs der Roeping Gods', die boven is in Christus ( Filp. 3:14)  Deze Prijs is de 'Krans der Gerechtigheid' welke God geeft aan allen die de verschijning van Christus hebben liefgehad. ( 2 Tim. 4: 8).  Deze Prijs is afhankelijk van onze 'waardige wandel'.  Hiervoor moeten we de 'goede strijd' strijden, onze 'loop ten einde brengen' en het 'geloof  in onze Verheerlijkte en Verhoogde Heer: Chirstus Jezus' behouden  (vers 6).  Niet elke gelovige zal de Prijs behalen, dit is afhankelijk of je waardig gaat wandelen, of je gaat ontdekken wat de Hoop van Zijn Roeping wekt ( Efz. 2: 8). Voor het verstaan van de Roeping is 'boven-kennis' nodig  (grieks: epi-gnoosis) = een verlicht hart, zodat door middel van het geloof,  Gods onnaspeurlijke rijkdom wordt gezien.  We hebben de opdracht 'waardig der Roeping te wandelen', onze positie in Chirstus persoonlijk toe te eigenen en in geloof daadwerkelijk de weg des Heren te gaan.

zondag 10 april 2011

*27* Dankgebed.

In het laatste hoofdstuk van  1 Kronieken  staat een gebed van David. Hij was toen aan het eind van zijn leven en verzamelde materialen voor de Tempel  die zijn zoon Salomo mocht bouwen in Jeruzalem.  In het gebed toonde hij zijn dankbaarheid aan God dat hij dit nog mocht doen.  God had hem verboden om zelf de Tempel te bouwen, door zijn verwerpelijk gedrag tijdens zijn leven.  Zijn leven was een combinatie van geweld,  agressie,  intriges, schandalen, moorden,  verraad en seksuele misstappen .  En aan de andere kant zien we een leven van liefde, tederheid vroomheid, ontroerende trouw en oprecht berouw.  David vertegenwoordigd en één persoon vrijwel alle goede en kwade eigenschappen van de mens.  Ook in ons zijn al deze eigenschappen aanwezig.  Nee wij hebben waarschijnlijk geen moorden gepleegd, of het verleidings-spel gespeeld zoals David,  maar ook wij laten onze ego heersen, zijn zelf-zuchtig en proberen onze zin door te drijven en zijn niet altijd liefdevol.  Daarom trof mij dat gebed van David zo.   Hoewel David in een heel andere tijd leefde en onder een andere Bedeling zijn geloof beleefde,  was zijn dankbaarheid voor God oprecht.  Wij mogen  altijd op Gods genade vertrouwen en worden niet afgerekend op ons gedrag tijdens ons leven.  Dat was in de tijd dat David op aarde leefde anders.  Hij werd gestraft voor zijn verwerpelijk gedrag,  maar kon toch op Gods liefde rekenen,  over de dood heen.  Hij is Gods geliefd kind gebleven, net zo als wij dat in onze tijd zijn.   Hij accepteerde zijn straf en aan het eind van zijn leven kon hij  dit  geweldig 'dankgebed' uitspreken.  Wij mogen het nazeggen  met de veranderingen die voor ons,  in deze tijd en Bedeling  van toepassing zijn.
      ' Geprezen zijt  Gij:   HERE,  God,  mijn Vader  en van  Christus Jezus, onze Here, door  alle eeuwen  (aionen) heen,  van geslacht tot geslacht.  Van U,  HERE,  is  de grootheid en  de macht,  de Heerlijkheid, de kracht en de Majesteit.  Alles wat in de hemel en op aarde is, is van U  en van Christus Jezus is de Heerschappij, want Hij is als Hoofd boven alles verheven ( en gegeven aan de Gemeente die Zijn Lichaam is. (Efz. 1:22).  Rijkdom  en eer komen van U, en Gij heerst over alles;  in Uw hand is kracht en macht, en Gij hebt het in Uw macht een ieder groot en sterk te maken  in Christus.  Ik loof U,  mijn God, en prijs uw Heerlijke Naam: JHWH.  Wie toch ben ik,  alles wat ik bezit is immers van U afkomstig en ik kan U alleen dat geven, wat ik eerst van U heb ontvangen.   Ja, ik ben een vreemdeling en bijwoner op aarde, (want wij zijn mensen die op doorreis zijn, net zoals onze voorouders dat waren).  Onze dagen op aarde zijn als een schaduw die snel verdwijnt  en geen spoor achter laat.   HERE, onze God, U behoort alles toe en ik weet, mijn God, dat U het hart van de mens beproeft en een welbehagen hebt in oprechtheid.  Mijn verlangen is, waardig te wandelen naar de Roeping waarmee U mij geroepen hebt, in 'Christus Jezus'.  HERE, God, mijn Vader,  maak dat ik U altijd wil gehoorzamen en dat mijn liefde voor U nooit bekoeld.  Geef mij een onverdeeld en toegewijd hart, opdat ik U tot in de kleinste dingen zal gehoorzamen.  Ik prijs U, HERE, mijn God en Vader'.    

vrijdag 8 april 2011

*26* 40 dagen.

Sommige gelovigen uit de Protestante, en Evangelische hoek,  houden zich momenteel  bezig met de '40 dagen' bezinning en onthoudingen, vóór het Paas-feest. Zij leven in die '40 dagen'  soberder,  vasten zo nu en dan en meestal doen ze dat met behulp van één af ander dag-boekje,  speciaal voor die gelegenheid geschreven.  En er is keuze genoeg op dit gebied: b.v.:  * Bijbel rooster voor stille tijd, de 40 dagen voor Pasen,  * Passie van Jezus, 40 dagen dagboek,  * Geestelijk fit in 40 dagen,  * Op weg naar Pasen, dagboek voor de lijdenstijd, 40 dagen,  en wat dacht je van:  *  Koken  met Pasen: 40 smakelijke recepten voor de vasten-tijd.  Dit zijn nog maar 5 boeken, ik kan je verzekeren, er zijn nog veel meer. In een voorwoord van één van de dagboeken las ik:  'Mensen ontdekken opnieuw de zin van  'oude geloofs-rituelen' en zoeken zo naar middelen om hun geloof  'handen en voeten' te geven'.  En dat is wat het is: Je moet er wat mee kunnen doen.   Geloof moet beleeft worden, en het gevoel is hierbij heel belangrijk.  Waar komt deze 'passie' vandaan ?  In de Bijbel is het niet terug te vinden.  Nergens lees je dat vóór het Paasfeest, (het 'Pesach'  bij het Joodse -Volk) , 40 dagen van vasten vooraf ging.   Niet in de tijd toen de Here Jezus op aarde was en ook niet in de Oud Testamentische-tijd.  In het huisgezin waar de Pesach plaats vond werd een week voor het feest het huis schoon gemaakt en al het eten dat met 'zuurdesem' was bereid,  werd  uit het huis verwijderd. Nee, dit idee van 40 dagen onthoudingen en vasten  komt van de 'Katholieke kant' van het geloof.   Voordat de tijd van '40 dagen' voor hen aanbreekt,  houden ze eerst een week van bras-partijen met drank en overdaad:  het Carnaval.  Ook hier in het noorden  reeds in opmars.  Maar waar hebben de Katholieken dit ritueel vandaan ?  Dit is voortgekomen uit een compromie die de bisschp van Rome sloot ( in 519 na Christus) met de heiden-volken.  Zij hielden in de lente-tijd een groot vasten op een jaarlijks feest ter nagedachtenis van hun afgod:  'Tammuz'.  Om de heidenen voor het Christendom te winnen, trof Rome  maatregelen om de  Chtistelijke en  heidense - feesten samen te laten smelten.  Waar haalden deze heiden-volkereren de '40 dagen' van onthoudingen en vasten vandaan?  Onder de heidenen in de oud-tijd schijnt het grote vasten een onmisbare voorbereiding te zijn geweest  op het grote jaarlijkse feest ter nagedachtenis van de dood en opstanding van Tammuz.   En Tammuz en zijn vrouw Astarte komen we al heel vroeg in de Bijbel tegen. Over Astarte lezen we  b.v. in  Richteren  2: 13:  'Wanneer zij de HERE verlieten en de Baäl en de Astarte dienden, ontbrande de toorn des HEREN tegen Israël'.  En Tammuz vinden we b.v. in Ezechiël 8: 14 : 'Nog meer gruwelen die zij bedreven zult gij zien.  Daarop bracht Hij mij naar de ingang der poort van het Huis des HEREN, aan de noordzijde; en zie,  daar zaten vrouwen , die de Tammuz beweenden'.  En waarom weenden deze vrouwen ? De afgod: Tammuz was dood gegaan,  maar na 40 dagen,  baarde zijn vrouw Astarte een zoon: Tamar, de geliefde zoon de Baäl. De reïncarnatie van haar man: Tammuz.  Hier komen de 40 dagen van onhoudingen, inkeer en vasten vandaan.  Het was een gruwel in Gods ogen te zien dat zijn Volk met dit heidens ritueel mee deed. De gelovigen van deze tijd  beseffen  niet waarom ze '40 dagen' bezig zijn met bezinning en onthoudingen en lopen met de stroom mee, maar weet dat je God  hier niet mee kunt behagen.  Hij weet wel waar de '40 dagen' vandaan komen.
(Deze drie afgoden komen we trouwens  in elke cultuur en tijd tegen. Bij de Babylonieërs heten ze: Nimrod, Semiramus en hun zoon: Nunuz,  in Egypte:  Osirus, Isis en Horis,  en b.v. in India:  Krisjna, Isi en Iswara).  Pas dus op voor de populaire gebruiken die de periode van Pasen begeleiden.  Natuurlijk is het goed om elke dag een stukje in de Bijbel te lezen en er over na te denken, maar zie dit niet als '40 dagen' van inkeer die vooraf moet gaan aan het Paas-feest. Sta met Pasen stil  bij de dood van onze Heer Jezus Christus aan het kruis.   Vier de opstanding van onze Heer uit de dood en de overwinning over de dood.   En zie Hem nu als de Verhoogde en Verheerlijkte Christus Jezus aan de rechterhand-Gods  in het Over-Hemelse, waar Hij nu voor ons de plaats bereidt  in het 'Lichaam van Christus'.

dinsdag 5 april 2011

*25* Geloven.

In de Bijbel  staat een mooie omschrijving wat  'geloven'  is.  Het staat in Hebreeën 11 vers: 1:  'Het geloof nu is:  de zekerheid der dingen, die men hoopt   en het bewijs der dingen,  die men niet ziet'. Een  criptische omschrijving  van het woord 'geloof', waar je even over na moet denken voordat je het begrijpt.  Geloof is: zekerheid en bewijs van dingen die men hoopt en dus niet ziet.  'Hoop' en 'niet zien'  hebben met elkaar te maken.  Onze Hoop is b.v. 'de opstanding na de dood' en dit kun je nu nog niet zien, maar zekerheid en bewijs hiervoor vinden we in Gods Woord.  Geloven is aannemen de dingen die God zegt.   Geloven is de onzichtbare hand van God waardoor wij genade ontvangen.  Geloven is gemakkelijk, maar in de mens zelf is iets  dat 'Gods genade' weerstaat.  De inhoud van het geloof vernederd de mens en treft zijn hoogmoed aan. Geloof gaat gepaaard met bekering  en de mens moet dan zijn eigen  zondigheid erkennen.  Erkennen dat hij nietig is en dat er een God is die 'Almachtig' is.  Daarom moet elke gelovige wijze leraren hebben die de grond voor hem omwoelen en de zaden van het geloof  in goede vruchtbare grond zaaien.   Iedereen die tot 'waarachtig geloof' gekomen is in de Here Jezus Christus,  is verbonden met de  'Heilige Geest der belofte'.  De gelovige heeft de geweldige positie in Christus ontvangen.  'Hij is verlost uit de macht der duisternis en overgebracht in het 'Koninkrijk van de Zoon Zijner liefde'  in Wie hij de verlossing heeft ontvangen door Zijn bloed  en de vergeving van zijn zonden'. ( Col. 1: 13-14).  In Christus is de gelovige voortdurend aanwezig voor het aangezicht van God.  Het geloof is een gave van God.  Wij kunnen er niets bij verdienen door meer te gaan geloven. ......... Zodra wij door het geloof aanvaarden dat:    * wij met Christus mede-levend zijn gemaakt  en met Hem mede- opgewekt zijn  in een nieuw leven,   * wij één leven zijn met Christus en dat ons leven met Christus verborgen is in God,   * wij als Zijn Lichaam met Hem mede gezet zijn in het Over-Hemelse en dat Hij ons Hoofd is,   * wij een 'Boven-Hemels burgerschap' bezitten,  * wij de dingen moeten bedenken die 'Boven' zijn en dat    * wij  uit die Boven-hemelse werkelijkheid nu op aarde leven, .......Dan: zullen wij op alle terreinen van ons leven ervaren  dat Hij dit nieuwe  hemelse leven in ons voedt.  Zijn 'opstanding-leven' laat Hij in ons groeien en Hij maakt ons krachtig door de kracht  van Zijn Geest.  Dit is absoluut geen onbereikbaar ideaal,  want vanuit God gezien, is dit aan ons  reeds gebeurd:  Wij zijn met Christus mede-levend gemaakt en mede-opgewekt. Wij zijn met Hem mede-gezet  in het Over- Hemelse. Dit hoeft niet meer te gebeuren.  Het is alleen maar afhankelijk,  of  wij dit echt willen geloven.  Het geheim van een overwinninsleven is:  'Hem te kennen  en de kracht Zijner opstanding'.  Een wandel ( leven) in nauwe gemeenschap met Hem,  zal ons Zijn Kracht doen ervaren  in alle details van ons leven.

maandag 4 april 2011

*24* Waarheid.

Na de vorige blog   over de leugen, wil ik het nu hebben over de 'Waarheid'.  De leugen en de waarheid liggen heel dicht bij elkaar,  want wat voor de één een absolute waarheid is,  kan toch  een leugen zijn. En dat heb ik aan de lijve ondervonden.    Een groot deel van mijn leven geloofde ik niet in  God.  Nog niemand had mij uitgelegd over de liefde van God en dat die ook voor mij was.  Ik hield mij bezig met de 'werken van de duisternis', zonder dat ik dat in de gaten had.   Heel wat uren hield ik mij bezig met astrologie,  aura-healing,  meditatie, yoga,  theosofie,  enz.  enz.  Ik ontmoette aardige mensen die interessante dingen te vertellen hadden.  Ik onderzocht het boeddhisme en hindoeïsme,  en las over goeroe's en hun theorieën.  Zo had ik mijn 'eigen waarheden' geschapen, waar ik  'heilig' in geloofde.  Ik verdeelde al deze bezigheden in witte en zwarte magie, en ik hield mij natuurlijk bezig met  witte magie.  Niets mis mee, dacht ik.  Tot dat ik er achter kwam dat er geen verschil is tussen wit en zwart  en dat al deze bezigheden uit de 'koker van de duivel' kwamen:  Gods tegenstander:  de satan.  Hij zal er alles aan doen om de mens van de ware Waarheid af te houden, en  daar is hij al 6000 jaar mee bezig.  Hij weet dat zijn tijd af loopt  en dat hij uiteindelijk op God Zijn tijd,  vernietigd zal worden in de 'Poel de Vuurs'.  Vijftien jaar geleden gingen mijn ogen open voor de 'Waarheid van God'.  Deze Waarheid omvat het gehele Woord van God, waarin Zijn Plan van verlossing is neergelegd.  Ik heb het verschil leren zien  tussen de waarheid die ik zelf had gemaakt en Gods Waarheid.  Ik ontdekte dat er maar 'één Waarheid'  bestaat en dat  alle andere waarheden  daar ondergeschikt aan zijn.  Ik had me al die tijd bezig gehouden met waarheden van 'de schepping', waarheden  en meningen van mensen. Terwijl  'De Waarheid'  daar boven lag,   namelijk: de Waarheid van 'de Schepper'.   De basis van deze Waarheid is  Christus Zelf.   In  de Bijbel ( Gods Woord) vinden we deze Waarheid beschreven.  Het is het 'Woord der Waarheid' dat we moeten vast houden.  Christus is het vlees geworden Woord en het heeft onder ons gewoond ( Joh. 1:14) en alle dingen zijn door het Woord geworden ( Joh. 1: 3).  Dit is het is het Evangelie  van ons behoud,( de blijde boodschap).   Het vindt zijn vervulling in  het 'Plan dat God',   dat Hij heeft met Zijn Schepping.  Wij moeten niet alleen geloven in deze Waarheid, maar wij moeten deze ook uitdragen;  volgens Ps. 86 vers 11:  'Leer mij,  uw weg, opdat ik in Uw Waarheid wandele.'   Deze Waarheid moet ons denken veranderen, zodat onze houding naar de wereld in overeenstemming is met Gods Waarheid.   Om gelovig ( een gelovige in Christus ) te worden heb ik de Waarheid moeten erkenen. Aan het kruis is Christus  voor mijn fouten en overtredingen gestorven en  zo heeft Hij mij verlost van mijn zonden en overtredingen.  Mijn fouten worden  mij niet meer toegerekend;  niet mijn fouten uit het verleden,  niet van vandaag  en niet van morgen. Alleen zo kan ik  heilig en onberispelijk voor God  verschijnen.  Deze 'Waarheid' is de basis van mijn geloof.  Wat ben ik dankbaar dat ik deze Waarheid heb mogen ontdekken.  Vroeger was ik bezig mijzelf te veranderen door allerlei waarheden op mij zelf toe te passen. Ik probeerde mij zelf te verlossen om zo een beter mens te worden  Terwijl ik voor God al goed genoeg was.   Nu weet ik dat al deze waarheden ondergeschikt zijn aan 'De Waarheid' die te vinden is in Gods Woord.  Christus heeft voor mij alles gedaan en daar kan ik niets meer aan toe voegen  dan alleen met een dankbaar hart tot Hem te komen.

vrijdag 1 april 2011

*23* 1 April.

'1 April'    Het is vandaag de dag van de grappenmakers.  'Weest op uw hoede'   Als kind vond ik het prachtig een ander te foppen en later toen ik zelf moeder was vond ik het nog leuker om mee te spelen en me zelf te laten verrassen.  Gisteren las ik in de krant dat er gratis 'groen' closet-papier word uitgereikt aan de bewoners van dit dorp   in het kader van het   duurzaamheidsbeleid van de gemeente   en het gebruik van  'duurzaam geproduceerd en biologisch afbreekbaar hygiëne-papier'.     Men kan vandaag gratis een proefpakketje afhalen, en....een gratis kopje koffie wordt aangeboden.    Ik vraag me af,   zouden er echt mensen op afkomen?   We lezen het wel in de krant.   Ik houd wel van grapjes. ( daar kan Harm over meepraten ! ! )   Een grapje is eigenlijk een leugentje en je hoopt dat de ander er om kan lachen als ze achter de waarheid komen en zien dat ze gefopt zijn.   En als je er samen om kunt lachen  geeft dat dubbel plezier.    Iets anders is het als het om  een echte leugen gaat.  Er worden meer leugens verteld dan waarheden denk ik wel eens.  Reclame,  t.v.,  internet,  wie kun je nog geloven.    Liegen hoort nou eenmaal  bij de gevallen wereld waarin wij leven,  want de 'vader der leugen'  is de duivel ( de 'diabolos' = de dooréén-werper ) In Joh. 8: 44 staat:  'dat er in hem geen waarheid is  en wanneer hij de leugen spreekt, spreekt hij naar zijn aard.'
De eerste leugen die in de Bijbel staat,  vinden we al in Genesis 3 vers: 4;   in het Paradijs.    Daar vinden we dezelfde 'satan';  Gods tegenstander:  die zich voor doet als de slang.  ( De vertaling van Nachash = de 'Schitterende':  de engel des lichts'  van 2 Kor. 11 : 14).  We vinden  satan in het Paradijs in gesprek met Eva. Zij discussiëren over 'de boom'  die midden in de hof staat.  Satan zegt:  'als je van deze boom eet,  zul je geenszins sterven'.   Terwijl  hij weet dat God hen een gebod op had gelegd  om  niet  van de boom te eten, omdat ze dan 'voorzeker zouden sterven'. ( 'stervende zult gij sterven' staat er in de grondtekst).  De grondslag van de zonde is:   'de leugen'.   Dat was in de tijd van Adam en Eva  en dat is nu nog zo.   Al het kwaad begint met een leugen.   Iedereen die macht over iemand wil uitoefenen,  begint met  liegen,  Alle oorlogen zijn begonnen  met een leugen.     'God waarachtig  en ieder mens leugenachtig'.  In Col. 3: 9 zegt Paulus (ook tegen ons):  'Liegt niet meer tegen elkander, daar gij de oude mens met zijn praktijken afgelegd , en 'de nieuwe (mens)' aangedaan hebt'.   Satan zal alle moeite doen om ons te laten liegen en bedriegen  tegen onze meedemens. Wat hebben wij dan veel aan het 'Woord van God'.  Daarin vinden we Gods waarheid  die ons leiden kan.  Dat kunnen we met een gerust hart lezen en tot ons nemen, want  voor God  is het onmogelijk dat Hij liegen zou. ( Hebr. 6: 18).  Wij kunnen  vertrouwen (= geloven) op de beloften  die de  'God, die niet liegt' , vóór eeuwige tijden aan ons beloofd heeft.   Want onze  God is een 'niet-liegende God'.